De toekomst van interculturele media in Vlaanderen
‘De witte media’ (***) schetst een beeld van media en diversiteit de afgelopen twee decennia. Katleen De Ridder, medewerkster bij het Minderhedenforum werkt al jaren rond dit thema. Ze pleit voor meer interculturaliteit in de media. De Ridder wil laten zien hoe we tot meer interculturele media komen en komaf maken van die pessimistische kijk op interculturaliteit.
Het voorwoord is verzorgd door minister van Media, Ingrid Lieten, die positief over het boek is. De auteur heeft de huidige minister (nog) niet in het vizier genomen gezien ze iets langer dan een jaar bevoegd is voor de media. De beleidsnota 2009-2014 van mevrouw Lieten had wel kritisch beschouwd kunnen worden.
Het begin van het boek is toegewijd aan het beeld van de media-allochtoon. De negatieve beeldvorming van de allochtonen in het nieuws is storend. Het is niet toevallig dat de ondertitel van het boek luidt: ‘Of waarom ‘allochtonen’ altijd slecht nieuws zijn’. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat de autochtone Vlaming een negatieve perceptie heeft over samenleven met allochtonen. Volgens de auteur zijn de massamedia een belangrijke bron.
De Ridder is niet vies van af en toe een scherpe uitspraak. Vooral redacties, leidersfiguren in de mediawereld en de VRT moeten gelden. De journalisten denken te vaak op niveau van stereotypes en clichés. In het vierde hoofdstuk gaat ze na in hoever men diversiteit serieus neemt in de media. Ze laat zien hoe diversiteit maar moeilijk binnendringt, vooral op het niveau van redacties en besturen.
De migrantengemeenschap wordt veel te weinig getoond in de media. Is wel het geval, dan is het vooral negatief. Bovendien zijn er te weinig migrantenmedia. Ook al groeit het aantal allochtone mediaconsument, men vindt de weg naar die mensen nog steeds niet.
Volgens de auteur kan de overheid een rol spelen om meer diversiteit in de media te brengen. Er wordt vooral naar Nederlandse voorbeelden gerefereerd. Het probleem in Vlaanderen blijkt dat men niet luistert naar de mediabehoeften van minderheden. De Ridder schrijft: “De balans opmaken van het Vlaamse beleid rond diversiteit in de media is al bij al gemakkelijk. Niet omdat het bijzonder slecht of goed is, maar omdat er geen is”.
In het laatste hoofdstuk gaat de auteur op zoek naar goede voorbeelden van interculturele televisie want die zijn er als men naar het Verenigd Koninkrijk, de VS en Nederland kijkt. Het wordt tijd dat we ook in eigen land dergelijke voorbeelden realiseren. De Ridder vraagt dat men eindelijk in actie schiet want de tijd van principiële discussies is voorbij.
De structuur van het boek had beter gekund. De context van het thema wordt te weinig belicht. Hier had de auteur gerust wat meer ruimte mogen trekken. Er wordt teveel naar de Vlaamse situatie gekeken en pas in de laatste hoofdstukken worden een aantal voorbeelden vanuit het buitenland belicht. Wat er echter ontbreekt is de analyse waarom nu net in die landen beter gaat. Toch biedt dit boek een meerwaarde gezien het één van de weinige boeken is over dit onderwerp. Het feit dat de Vlaamse context uitgebreid wordt belicht kan ook als een positief aspect beschouwd worden. Een pleidooi voor interculturele media is niet louter terecht, maar met de dag hard nodig. Laat dit boek een aanzet zijn om in de juiste richting te kijken.
Bleri Lleshi
Uit: Cutting Edge 21-12-10